Koninklijke Erepenning
Koninklijke erepenning
In 2000 heeft onze vereniging van Hare Majesteit de Koningin de koninklijke erepenning ontvangen uit handen van Burgemeester Drs. R.A. ridder van Rappard.
Wat houdt de koninklijke erepenning in
De Koninklijke Erepenning is een Nederlandse onderscheiding voor verenigingen, instellingen en stichtingen. De onderscheiding is ingesteld in 1965 door Koningin Juliana en is bedoeld voor verenigingen en stichtingen die minimaal 50 jaar bestaan. Uitreiking vind alleen plaats bij het 50 jarig jubileum of een veelvoud van 25 jaar daarbij. De penning kan door de vereniging zelf worden aangevraagd bij de burgemeester van de vestigingsplaats. Deze speelt de aanvraag door naar de Commissaris van de Koningin die advies inwint en een voorstel aan de koningin doet.
Criteria
Om voor de Koninklijke Erepenning in aanmerking te komen moet een vereniging voldoen aan een aantal criteria:
Wat houdt de koninklijke erepenning in
De Koninklijke Erepenning is een Nederlandse onderscheiding voor verenigingen, instellingen en stichtingen. De onderscheiding is ingesteld in 1965 door Koningin Juliana en is bedoeld voor verenigingen en stichtingen die minimaal 50 jaar bestaan. Uitreiking vind alleen plaats bij het 50 jarig jubileum of een veelvoud van 25 jaar daarbij. De penning kan door de vereniging zelf worden aangevraagd bij de burgemeester van de vestigingsplaats. Deze speelt de aanvraag door naar de Commissaris van de Koningin die advies inwint en een voorstel aan de koningin doet.
Criteria
Om voor de Koninklijke Erepenning in aanmerking te komen moet een vereniging voldoen aan een aantal criteria:
- De vereniging of instelling dient, behoudens in zeer bijzondere gevallen, ten minste 50 jaar te hebben bestaan.
- De activiteiten moeten van filantropische, wetenschappelijke, culturele, sportieve of maatschappelijke aard zijn.
- De verbreiding van politieke, commerciële, religieuze of levensbeschouwelijke opvattingen mag niet het doel zijn van de aanvrager
- De aanvrager mag geen bond of overkoepeling van meerdere individuele verenigingen of instellingen zijn.
- De aanvrager moet wat betreft aard, omvang en soliditeit in aanzien staan en dient tussen soortgelijke gemeentelijke, regionale of landelijke verenigingen een algemeen erkende plaats in te nemen.
- De vereniging of instelling moet zich ook op haar terrein hebben onderscheiden.
- Zowel de aanvrager als de bestuursleden moeten te goeder naam en faam bekend staan.